Foto: www.gooienvechthistorisch.nl (SAGV233)
Het stuwwallenlandschap waarin Hilversum zich bevindt, ontstond tijdens de voorlaatste ijstijd toen het landschap met een dikke laag ijs werd bedekt. Het schuivende ijs liet stuwwallen van keileem, grind, zand en zwerfstenen achter. De stuwwallen tussen Laren en Huizen (36,7 meter) en die bij Hilversum (25 meter) zijn uitlopers van de Utrechtse Heuvelrug, een langgerekte stuwwal, die van de huidige Gooimeerkust tot aan de Grebbeberg loopt.
De grafheuvels op de Gooise heide laten zien dat er rond 1500 v.Chr. permanent mensen in en rond Hilversum leefden. Vanaf de zesde eeuw ontstonden de nu bekende Gooise nederzettingen. In 1424 werd Hilversum een zelfstandige gemeente. Tot in de 17e eeuw was Hilversum één van de agrarische brinkdorpen in het Gooi. De brinken waren driehoekige pleinen waar ’s avonds het vee werd verzameld om in het dorp op stal gezet te worden. De boerderijen waren voornamelijk langgevelboerderijen bestaande uit een langwerpige hoofdvorm met topgevels aan de korte zijden. Aan de voorzijde was het woongedeelte, de deel lag aan de achterkant en was bereikbaar via deuren in de zijgevel.
Tijdens de 17e en 18e eeuw kwam naast het agrarisch bedrijf de textielindustrie op gang. Spinnerijen en weverijen vestigden zich in het dorp, dat vanuit twee kernen begon te groeien. Aan de oostkant langs de Groest, een lange brede zandweg met brinken aan de uiteinden, en rond de Kerkbrink, waar behalve de parochiekerk ook het Regthuys stond (waar bestuur en rechtspraak plaatsvonden).
De toenemende bevolking vond onderdak in voormalige boerderijen, die verbouwd werden tot kleine rug-aan-rug woningen, en in wevershuisjes. Eind achttiende eeuw was de textielindustrie een belangrijke economische motor. Naast weefwerkplaatsen kwamen fabrieken op, werden arbeiderswoninkjes gebouwd en lieten de directeuren statige fabrikeurswoningen (een fabrikeur hield het midden tussen een koopman en een industrieel) bouwen.
Van het historische Hilversum is weinig bewaard gebleven. De gotische kerktoren bij de Grote Kerk aan de Kerkbrink is de van oorsprong oudste bebouwing. Het ontstaan van de toren gaat terug tot 1481, maar door diverse branden is deze in de eeuwen daarna meerdere malen herbouwd. Uit de tweede helft van de achttiende eeuw resteert de ‘Boerderij van Houtman’, een langgevelboerderij aan de Langestraat. De historische Spijkerpandjes aan de Kerkbrink, waarvan het woonhuis oorspronkelijk uit circa 1770 dateert, werden in de 1990-er jaren herbouwd.
Herbouw vond ook plaats in wat bekend staat als het ‘Historisch buurtje’. Tussen de Laanstraat en de Kruissteeg werden begin 21e eeuw enkele historische panden die elders in Hilversum voor nieuwbouw moesten wijken herbouwd. De panden werden steen voor steen afgebroken en op basis van hedendaagse technieken opnieuw gebouwd, met oog voor de historische aspecten. Zo vind je in het buurtje een tweetal 18e-eeuwse fabrikeurswoningen, de ‘Witte Boerderij’, een stadsboerderij met een bijzonder gevormde voorgevel (een kruising van een trap- en een klokgevel) en een aantal historische winkel-woonhuizen.