Foto: www.gooienvechthistorisch.nl (SAGV077)
Na de Tweede Wereldoorlog was een enorme hoeveelheid werk te verzetten in de bouwwereld. Oorlogsschade moest worden hersteld maar er was ook een grote vraag naar woningen door de snelle bevolkingsgroei. Prioriteit werd gegeven aan woningbouw. Er moest veel, snel en goedkoop worden gebouwd. De babyboom brak aan en in Hilversum werd in 1958 de honderdduizendste inwoner geboren. De toename van de bevolking ging tevens gepaard met een grote vraag naar scholen, kerken, winkels en kantoren.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werkte Dudok aan een kernplan voor het centrum van Hilversum, dat in 1946 werd gepresenteerd. De krotten in het centrum moesten worden opgeruimd en plaats moest worden gemaakt voor cityvorming: brede boulevards die de auto ruim baan gaven en die het centrum van de stad vanuit alle hoeken snel bereikbaar maakten. Er werd lang over gediscussieerd en deels werd al een aanvang met sloop gemaakt, maar uiteindelijk kwam het plan op de plank terecht. Ondertussen werkte Dudok door aan de uitbreiding van Hilversum op de voormalige engen, woningbouw die al was voorzien in zijn Beëindigingsplan uit 1933. Tussen 1946 en 1965 ontwierp Dudok zijn laatste zeven gemeentelijke woningcomplexen.
Hilversum breidde aan alle kanten uit. Plannen die al (ver) voor de oorlog waren gemaakt, werden nu uitgevoerd zoals de woningbouw ten noorden van de Johannes Geradtsweg. Om de woningen snel en goedkoop te kunnen uitvoeren werd systeembouw toegepast. Door de sober ontworpen woonblokken op enkele plaatsen te verbijzonderen kregen de wijken desondanks een gevarieerd aanzien. Het Riebeeckkwartier met een geheel nieuw ziekenhuis kwam vanaf 1955 tot stand. In deze periode ontstond ook de eerste verdiepingbouw. Het Zeeheldenkwartier met portiekflats rond de Karel Doormanlaan werd gebouwd vanaf 1959.
Ook de economische ontwikkeling ging in snel tempo voort. Nieuwe fabrieken en fabrieksuitbreidingen werden gebouwd in de typische wederopbouwstijl met gebruik van beton, baksteen, staal en glas. In Hilversum-Oost kwamen onder andere de Wybertjesfabriek (1948-1950), Brandsma Metaalveredeling (1948-1950), de Niveafabriek (1951) en de Melkfabriek (1955-1957) tot stand. Arbeiderswoningbouwverenigingen zorgden naast de gemeentelijk woningbouw voor huisvesting van de arbeiders.
De bestaande omroepen bleven groeien en zorgden met een eigen woningbouwvereniging Stichting Omroepwoningbouw voor woningen voor haar medewerkers aan onder andere de Jacob van Campenlaan (1952). Er werden plannen gemaakt om de omroepen te concentreren op een terrein aan de noordrand van de stad. Van de Broek en Bakema ontwierpen een modern kantoorgebouw voor de Wereldomroep (1961) in de onbebouwde Gooise natuur. Piet Elling ontwierp het functionele Muziekpaviljoen (1961) dat op wat tegenwoordig het Mediapark heet tot stand kwam.
Na pensionering van Dudok in 1954 ontwierp zijn opvolger, ir. S. Joustra, de openbare gebouwen in Hilversum. Nadat eerst noodscholen het gebrek aan klaslokalen hadden opgevangen, kwamen onder zijn bewind nieuwe scholen tot stand. Winkelgalerijen, kantoren, kerken voor allerlei gezindten, alle kregen een plaats in de zich snel ontwikkelende stad. In 1964 werd de Begraafplaats Zuiderhof in Hilversum-Zuid, een ontwerp van Dudok, voltooid.