Foto: Dudok.org
Na de oorlog ging de gemeente Amsterdam aan de slag met de uitvoering van het Algemeen Uitbreidingsplan (AUP) uit 1935. Na de westelijke tuinsteden, die vooral bestonden uit sociale woningbouw, werd in 1955 een begin gemaakt met het plan Buitenveldert. Deze polder tussen Amsterdam en Amstelveen was vooral bestemd voor particuliere woningbouw, bedoeld voor de beter gesitueerde Amsterdammers. De gemeente hoopte met ‘architecten van naam’ fraaie plattegronden en aantrekkelijke woningtypen te realiseren: villa’s, geschakelde laagbouw en hoogbouwwoningen in zes, zeven, acht en twaalf woonlagen in een ruime, groene en moderne woonwijk.
Geheel volgens Nederlands poldermodel werd een brede Commissie Woningbouw Buitenveldert opgericht, waarin een groot consortium van bouwbedrijven, de gemeente en tal van andere belanghebbenden vertegenwoordigd waren. De ’architecten van naam’ die werden uitgenodigd waren Bernard Bijvoet, Joop Pot en Koos Pot-Keegstra, Piet Zanstra en Dudok. Hun collega Ben Merkelbach werd aangesteld als supervisor.
In eerste instantie werd de architecten gevraagd alleen plattegronden en gevelschetsen te maken, waarmee de bouwers prijzen konden vaststellen. In een later stadium zou een extern bureau de uitgewerkte en gedetailleerde bouwtekeningen voor hen maken. Dudok vond dat “een buitengewone opzet”, maar wel “hoogst aantrekkelijk”. Vooral de belofte dat een ander bureau al het reken- en tekenwerk zou doen beviel Dudok zeer, omdat hij anders had moeten afhaken.
Na vele en vaak moeizame vergaderingen werden de architecten, bouwers en de gemeente het in de herfst van 1958 eens over een keuze en verdeling van een groot aantal woningtypen. Het bureau Göbel en Den Hertog werd ingehuurd om de plannen samen met de architecten uit te werken.
Architectenbureau Dudok kreeg vier grote flats van acht woonlagen toebedeeld aan de Van Nijenrodeweg. Die werden tussen 1965 en 1967 gebouwd. Veel minder bekend is een wat oudere serie van 74 drive-inwoningen, verdeeld over drie haken aan de Van Boshuizenstraat (409-443), (535-571), (657-693) en de zijstraten Neerkanne (1-11), Walborg (1-11) en Reimersbeek (1-11). Deze woningen van drie etages werden gebouwd tussen 1960 en 1963.
Het zijn ruime, maar geen bijzondere of typisch dudokiaanse ontwerpen. De meeste garages van de woningen zijn inmiddels verbouwd tot woon-, werk- of winkelruimte.
Opmerkelijk is dat deze 74 woningen in de loop der tijd kennelijk in de vergetelheid zijn geraakt. In geen enkele bekende publicatie staan ze vermeld als werken van Dudok en zijn compagnon Magnée.
Tekst: Dudok.org
Van Boshuizenstraat, Amsterdam